Ontwerp je eigen gehaakte trui deel 1: ontwerp, garen en proeflapje

Voor je verder gaat, mag ik je wat vragen? Wil je meer leren over ontwerpen, patroonschrijven of je eigen haakontwerp bedrijf runnen?

Vind je deze gratis blog serie helemaal fantastisch en wil je je haakontwerp droom waar maken? Ik heb goed nieuws voor je, want je kunt me nu ook volgen via mijn nieuwe account: Christina Crochet Coach. Hier vind je TOPKWALITEIT tips en adviezen, specifiek voor (beginnende) haakontwerpers! Zodat je je haakontwerpen naar een hoger niveau kan brengen <3 (Account is alleen in het engels)
Ik hou om de week een LIVE Instagram Q&A waar je al je haakontwerp vragen kunt stellen. En ik heb om de week een nieuwsbrief waar je de BESTE haakontwerp tips krijgt, Q&A updates en speciale aanbiedingen en kortingen!

Website: www.christinacrochetcoach.com
Nieuwsbrief: Meld je aan
Instagram: @Christinacrochetcoach
Facebook: Christina Crochet Coach

Intro

Heb je al garen uitgekozen in de aanloop naar deze serie? Misschien heb je al duizend ontwerpideeën? Deel dit op social media met #ASOYcrochetsweater. Ik vind het geweldig om jullie keuzes te zien!

Welkom bij het eerste deel van de ontwerp je eigen gehaakte trui serie! In dit deel gaan we het hebben over je ontwerp, garenopties en proeflapjes! Toen ik begon met mijn eigen ontwerp wist ik niet precies waar ik moest beginnen en welke informatie ik allemaal nodig had. Het is geen verrassing dat mijn ontwerpproces heel anders verliep dan hier beschreven. Jij hebt deze informatie nu wel en ik hoop dat het je zal helpen met je eigen ontwerp. Laten we beginnen 🙂

Ontwerp beslissingen nemen

Inspiratie

Zonder inspiratie geen ontwerp. Zonder ontwerp geen trui. Een klein zaadje groeit uit tot grote bloem. Dat is hoe mijn ‘inspiratie-curve’ vaak verloopt. Kijk op Pinterest; zie een leuke steek, een interessant dessin en er begint wat te groeien. Bomen langs de kant van de weg, de dikke wolken in de lucht, mos op de bosgrond, bloemen in de weide. Een prachtige passage in een boek, meeslepende muziek in een film. Allemaal kleine zaadjes die uit kunnen groeien tot iets prachtigs; jouw ontwerp. Ga actief opzoek naar inspiratie en je vindt het misschien niet, maar luister en kijk aandachtig naar alles in je omgeving en je zult zien dat het als vanzelf komt!

Wanneer we onze inspiratie hebben gevonden is het tijd voor het nemen van een aantal beslissingen voor het ontwerp. Misschien heb je in grote lijnen al een ontwerp in je hoofd, maar de kneep zit ‘m in de kleine dingen.

Hoe zit de trui en hoe ziet hij eruit?

Je dient te bedenken hoe je wilt dat je trui zit en hoe hij eruit komt te zien (meer over vormen in deel 3);

Lichaam: wijd vs strak (en alles daartussen), kort vs lang
Mouwlengte: kort, driekwart of lange mouw
Hoe zit de mouw: wijd, aansluitend, uitlopend (van strak naar wijd) etc.
Hals: wijd, smal, kol, laag of hoog (hoe diep wordt je hals), vierkant, rond, v-hals etc.
Boord: geen boord, wijde boord, korte boord, boord met split etc.

Het ontwerp proces is erg veranderlijk. Je zult misschien aan het einde niet hebben gemaakt wat je als eerste in je hoofd had en waarschijnlijk zul je tijdens het ontwerpen en maken nog heel veel aanpassen. Toch is het fijn om even een schets te maken van wat je in je hoofd hebt, zodat je een goed vertrekpunt hebt om van af te werken. Daarnaast kan schetsen en notities maken je creativiteit stimuleren. Ook is het leuk om een (privé) Pinterest bord te maken met al je ideeën of een collage met je favoriete steken en truien!

Van boven naar beneden of andersom

De meeste gehaakte truien worden gemaakt van boven naar beneden (top-down). Dit betekent dat je begint met de schouders en hals en dat je geleidelijk naar beneden werkt. Dit een goede optie voor twee redenen;

De beginketting waar je mee begint is altijd een beetje strakker dan de rest van je werk. als je van beneden naar boven werkt, betekent dat, dat je zoom strakker wordt en dat kan er niet zo mooi uit zien.
Het is ook makkelijker om op deze manier extra lengte aan je trui te haken, voor jezelf, maar ook voor degene die uiteindelijk je trui gaat haken.

De instructies en voorbeelden in deze serie zijn dan ook allemaal gebaseerd op een top-down constructie. Als je echt graag een model wilt haken van beneden naar boven, dan raad ik je aan om te beginnen met een opzet zonder lossenketting, zodat je nog steeds genoeg rek hebt aan de onderkant van je werk.

Garen kiezen

Wat is het doel van je trui? Zal hij licht zijn voor de zomer, warm voor de winter of iets ertussen in voor elk seizoen? Wil je graag je mooie handgeverfde wol laten stralen of een simpel katoen garen gebruiken? Wil je iets meer kant of juist heel dik garen? Misschien heb je al heel lang garen liggen wat je voor je trui wilt gebruiken? De vragen die je voor jezelf moet beantwoorden zijn;

Wat voor garen vezel? : Katoen, zijde, wol, acryl, mix van verschillende vezels etc.
Wat voor garen dikte? : kant, sokkengewicht, super dik etc.
Hoe is het garen geverfd? : spikkels, kort of lang kleurverloop, (semi-)effen
Welke kleur? : iets wat past bij het verhaal van je ontwerp of gewoon wat jij mooi vindt

Sommige garens zullen veel stretch hebben (zoals wol en zijde) en sommige niet (katoen, acryl, linnen), dus je dient dat in acht te nemen voor je ontwerp. Het is ook goed om te kijken welke stekencombo’s goed werken met bepaald garen en hoe garen zich ‘gedraagt’. Voor een trui gebruik ik het liefste wol, een wol/zijde mix (zoals mijn Picking flowers trui) of een andere wol mix. De belangrijkste reden hiervoor is dat wol zijn vorm behoudt, het erg mooi opspant en niet uithangt of lubbert onder zijn eigen gewicht (zoals katoen dat vaak wel doet). Je kunt hier meer lezen over de eigenschappen van verschillende vezels.

Hoe de vezels zich gedragen brengt ons op het volgende punt: een proeflapje haken.

Steken uitzoeken en een proeflapje haken

Haaknaald maat uitkiezen

Nu dat je je garen hebt uitgezocht, mag je er eindelijk mee spelen! De haaknaald die je uitkiest, wordt onder andere bepaald door hoe je wilt dat je trui drapeert (losjes en dun of meer dikker en stijver). Als je een fijne warme trui wilt, kan je ervoor kiezen om dezelfde maat te gebruiken als van het garenlabel of een maat kleiner. Maak een proeflapje en kijk wat je het mooist vindt. Misschien wil je een trui die mooi drapeert, dan kan je een grotere haaknaald kiezen.

Een stekencombinatie kiezen

Als je het doel van je trui hebt gekozen, dan heb je misschien ook al nagedacht over welke steken je wilt gebruiken. Wil je misschien een trui maken met alleen stokjes, zodat hij mooi los valt, of misschien wil je wel een mossteek gebruiken (1v, 1l) om een gebreide look te krijgen?

Wil je kantdelen in de trui verwerken of het simpel houden?

Beslis je stekencombinatie op basis van het doel van je trui en hoe je wilt dat deze eruit komt te zien. Zoek op Pinterest of Ravelry naar mooie combinaties. Met zoveel keus is het onmogelijk om niet geïnspireerd te raken!

Een proeflapje maken en je stekenverhouding opmeten

De basis voor je gehele trui: je proeflapje

Maak verschillende lapjes met verschillende steken. Wissel van haaknaald om te kijken wat voor effect dat heeft. Kijk wat jij het mooist vindt, het is jouw trui. Wees creatief! Nadat je de haaknaald maat en steken hebt gekozen, meet je de stekenverhouding op. Maak je lapje groot genoeg zodat je de steken accuraat kan meten. Hoe groter je lapje, hoe accurater het is! De stekenverhouding kan niet alleen het aantal steken zijn, maar als je meer in een kantpatroon werkt of een speciale steek, kan het ook een aantal herhalingen zijn (zoals 10 V-steken, of 5 herhalingen van een kantpatroon).

BELANGRIJK: meet je stekenverhouding erg precies op! Dit betekent dat je ook halve steken of rijen meeneemt. Dit klinkt niet als veel, maar op een trui van 200 steken wijd kan dit verschil tussen 20 steken per 10 cm of 20,5 steken per 10 cm aardig oplopen!

Plat laten drogen versus opspannen

Nu je de ‘gewone’ stekenverhouding weet, hebben we twee mogelijkheden, afhankelijk van je gebruikte steken:

Opspannen: Als je een stekenpatroon gebruikt met veel kant, dan dien je je lapte op te spannen door deze te wassen en daarna op maat te spannen met spelden totdat het kant mooi open is.
Wassen en gewoon plat leggen: Als je het stekenpatroon mooi vindt zonder het uit te rekken, dan kun je het lapje gewoon wassen en plat neerleggen zonder deze op te spannen. Je trekt het lapje dan voorzichtig in zijn vorm en laat de tijd de rest doen.

Waarom dan toch wassen? Net zoals je met je trui gaat doen, moet je ook je lapje wassen, zodat je weet wat dit proces doet met jouw gekozen garenvezels en de steken. Katoen kan bijvoorbeeld nog krimpen en merino wol kan ontzettend groeien tijdens het wassen als je niet voorzichtig bent!

Laat je lapje drogen tot het helemaal droog is, verwijder je spelden (wanneer van toepassing) en meet dan pas je opgespannen/gewassen stekenverhouding op. Je kunt meer lezen over opspannen (of blocken) via deze link.

We gebruiken deze opgespannen/gewassen stekenverhouding om de stekenaantallen te berekenen, omdat deze stekenverhouding de maat geeft die de trui uiteindelijk zal zijn. Noteer beide stekenverhoudingingen, omdat deze gegevens erg belangrijk zijn voor onze berekeningen (Ik kan dit niet vaak genoeg herhalen) en voor de mensen die uiteindelijk je trui gaan haken.

Je geeft de opgespannen/gewassen stekenverhouding in je patroon, zodat ze weten hoever ze hun lapje moeten rekken en of dit bij hen wel wil. Daarnaast kun je nog de niet-opgespannen/ongewassen stekenverhouding geven zodat ze kunnen zien hoeveel steken en rijen de trui tijdens het haken heeft.

Dat is deel 1 klaar! Zoals je zult merken, is dit eerste deel echt voor het nemen van beslissingen. Je hoeft niet alle beslissingen gelijk te nemen en het hoeft ook niet allemaal in deze volgorde. Soms is het veel leuker om gewoon maar te doen en zien waar het ontwerp je naartoe brengt. Dat is helemaal aan jou! Weet alleen dat dit de vragen zijn die je sowieso een keer in je proces zult moeten beantwoorden. Ik hoop in ieder geval dat je met deze eerste post een beter idee hebt van waar je allemaal aan moet denken voordat je echt begint 🙂

Ik zou het geweldig vinden om jullie schetsen en proeflapjes te zien! Deel je voortgang met de hashtag: #ASOYcrochetsweater (ASOY is de afkorting voor A Spoonful of Yarn)

In deel 2 gaan we de maten bepalen, leren we om die maten naar steken om te zetten en gaan we het noodzakelijke kwaad bespreken voor elk truiontwerp: berekeningen.

Voor je verder gaat, mag ik je wat vragen? Wil je meer leren over ontwerpen, patroonschrijven of je eigen haakontwerp bedrijf runnen?

Website: www.christinacrochetcoach.com
Nieuwsbrief: Meld je aan
Instagram: @Christinacrochetcoach
Facebook: Christina Crochet Coach